Kleur- en glansbeleving

Kleur is een eigenschap van licht. Het wordt bepaald door de verschillende golflengtes waaruit dat licht is samengesteld. De kleur van een oppervlak wordt bepaald door het deel van het licht dat door dat oppervlak wordt weerkaatst.

Wanneer kleur wordt toegepast op een oppervlak, bijvoorbeeld door middel van verf, moet je er rekening mee houden dat deze kleur anders kan overkomen dan je vooraf had verwacht. Ook de glansgraad van een verf kan in de praktijk afwijken van de verwachting. De beleving van kleur en glans is namelijk van verschillende factoren afhankelijk.

Factoren die de beleving van glans en kleur kunnen beïnvloeden


  • Kleurconstantie: kleurconstantie is een eigenschap van de menselijke kleurwaarneming. Kleurconstantie zorgt ervoor dat mensen kleuren vrijwel altijd hetzelfde waarnemen, ook al is de kleur veranderd, bijvoorbeeld doordat er sprake is van een andere lichtbron. Of een groene appel nu verlicht wordt door wit zonlicht (’s middags) of rood zonlicht (tijdens zonsondergang), de appel zal er voor ons altijd groen uitzien. Dat helpt ons bij het identificeren van objecten.

  • Omgeving: de lichtbron en de omgeving van een object zijn bepalend voor de kleur- en glansbeleving ervan. In de afbeelding rechts is een koker te zien met zes verschillende achtergronden op zes verschillende momenten van de dag. Op elke foto is dezelfde koker met dezelfde kleur te zien, maar de koker heeft op elke foto een andere uitstraling. De glans- en kleurbeleving van de koker verschilt dus afhankelijk van de lichtbron en de omgeving.

  • Verschillende producten op één project: de kleur- en glansbeleving kan beïnvloed worden doordat er binnen één project met verschillende producten wordt gewerkt. Als een hoogglanzende verf wordt verwerkt naast een halfglanzende verf, wordt de glansbeleving van de halfglanzende verf vaak negatief beïnvloed. Er is dan echter alleen sprake van een andere glansbeleving; in metingen komt dit verschil niet naar voren.

  • Ondergrond: de kleur- en glansbeleving is ook afhankelijk van het type ondergrond. De glansindruk van een laag hoogglans die is aangebracht over diverse grondverflagen verschilt van die van een laag hoogglans die is aangebracht over oude verflagen.

  • Applicatiemethode en ondergrondstructuur: verschillende applicatiemethodes, zoals spuiten, kwasten of rollen, geven verschillende oppervlaktestructuren. Deze structuren zorgen elk voor hun eigen glansbeleving. Wanneer er verschillende applicatiemethodes naast elkaar zijn toegepast, bijvoorbeeld op een deur en een kozijn, kan een andere kleur- en glansbeleving van hetzelfde product ontstaan.
Wij worden beoordeeld met een 9.2

Product is toegevoegd aan de winkelwagen

U kunt nu verder winkelen of direct door naar de betaling.

Er is iets fout gegaan

Probeer het opnieuw. Bij herhalende problemen, neem contact op via onze klantenservice.